In 2030 werk ik als gespecialiseerd verpleegkundige in het Erasmus MC. Dat is mijn doel over 11 jaar. Hoe ik dit wil bereiken? Door verpleegkundig leiderschap en leven lang leren! Ik zal nog veel moeten leren om als afgestudeerd verpleegkundige in een academische setting te werken. Hier komen patiënten waarvan de zorg dermate complex of de aandoening dermate zeldzaam is, dat de opvang alleen in gespecialiseerde centra kan plaatsvinden (kernstaf Raad van Bestuur, 2018).

Het werken in een academisch ziekenhuis betekent iedere keer nieuwe aandoeningen die weinig voorkomen. Dit betekent dat je als verpleegkundige moet blijven leren. Je moet tijdens je werkzaamheden alle kennis toepassen die je hebt en je eigen kennis verspreiden via onderwijs en opleiding aan (toekomstige) zorgverleners (Nederlandse federatie van universitair medische centra, 2019). 

Om die reden vind ik het als verpleegkundige heel erg belangrijk om een open houding te hebben en vrolijkheid uit te stralen. Verpleegkundig leiderschap wordt gevormd door als rolmodel verschil te maken voor uitkomsten van patiënten, collega-medewerkers, zorgorganisatie en maatschappij (Lalleman, z.d.). Ik ervaar zelf in mijn beroepsuitoefening ook dat je als verpleegkundige een soort rolmodel voor iedere patiënt bent.

 

Er komen mensen vanuit heel Nederland patiënten en naasten naar het EMC, door de academische ziekenhuissetting. Of het nou met spoed of geplant is, het ziekenhuis blijft een onveilige omgeving voor iedere patiënt. Als verpleegkundige kan je de patiënt een gevoel van vertrouwen geven om op die manier een veiligere sfeer te creëren. Patiënten vinden het vaak prettig, die vrolijke energie om zich heen. Samen om iets kunnen lachen geeft troost. Net als de stille traan die wel eens verschijnt op de wang van een verpleegkundige. Allebei wordt door patiënten als bijzonder troostend ervaren (Maseland, 2018).

 

Maatschappelijke ontwikkelingen

De gezondheidszorg in Nederland is volop aan het veranderen. Dit heeft ook consequenties voor mij als toekomstig verpleegkundige. Als uitgangspunt neem ik de maatschappelijke ontwikkelingen die van invloed zijn op het Erasmus MC en dus ook op mij:

1. Een veranderende maatschappij en veranderende kijk op gezondheid en ziekte (kernstaf Raad van Bestuur, 2018)

Dit is denk ik één van de grootste veranderingen in de afgelopen jaren. Patiënten liggen gemiddeld maar 6,4 dagen in het ziekenhuis (kernstaf Raad van Bestuur, 2018). Dit vraagt veel van de patiënt maar ook heel erg veel van een verpleegkundige. Als verpleegkundige vind ik vertrouwen in de patiënt heel erg belangrijk. Patiënten zien mij als de ervaringsdeskundige, als ik hem/haar het vertrouwen in zijn/haar eigen gezondheid geef is de kans op genezing beter. Dit vind ik heel erg belangrijk omdat de gemiddelde opname duur op mijn afdeling maar 5 dagen is. Patiënten krijgen steeds vaker zorg aan huis. Op die manier werk je als verpleegkundige ook volgens het beroepsprofiel: de verpleegkundige is in staat te handelen vanuit een gelijkwaardige, collegiale en open houding met patiënten, hun naasten, met collega’s, in het multidisciplinaire team en met andere samenwerkingspartners .

 

Als verpleegkundige vind ik dus vooral een open houding heel erg belangrijk. Door een open houding kan je goed feedback geven en ontvangen. Dit komt overeen met het beroepsprofiel: de verpleegkundige heeft een verantwoordelijke en assertieve beroepshouding. Verpleegkundigen spreken elkaar aan op professioneel gedrag: complimenteren en waarderen elkaar, geven elkaar feedback, reflecteren samen (Lambregts, Grotendorst, & van Merwijk, 2015). Door een een goede beroepshouding kan je collega's makkelijker aanspreken. Op die manier kan je leven lang leren, door het geven en ontvangen van feedback. Zo ontstaat er een veilige werksfeer en goede kwaliteit van zorg. 

Deskundigheid past bij een leven lang leren en draagt bij aan de professionalisering van het beroep. Bovendien heeft de patiënt recht op deskundige verpleegkundigen en verzorgenden aan bed. Ik vind dat je samen met collega's je eigen deskundigheid moet bevorderen. Door een open houding is de drempel lager om op een collega af te stappen en feedback te geven. 

 

2. Technologische en digitale mogelijkheden die grote verandering teweeg (kernstaf Raad van Bestuur, 2018)
brengen (disruptie)

Met technologische mogelijkheden heb ik helemaal geen ervaring. Hier zal ik dan ook als afgestudeerd verpleegkundige over moeten leren. Ik zal verpleegkundig leiderschap moeten tonen door zelf aan deskundigheidsbevorderende activiteiten deel te nemen. Volgens het beroepsprofiel moet ik hier open voor staan: de verpleegkundige is zeer vaardig op het gebied van informatie- en communicatietechnologie en staat open voor innovaties op dit gebied (Lambregts, Schuurmans, Projectgroep V&V 2020, & Grotendorst, 2012, pp 27). Ik sta er zeker voor open. Dit zal wel een uitdaging voor mij zijn omdat ik niet technologisch ben ingesteld. 

 

Het belang van leven lang leren is heel erg hoog. Zeker met het nieuwe voorstel van de wet BIG II. Het onderscheid tussen
de deskundigheid van de verpleegkundige en de regieverpleegkundige komt volgens het wetsvoorstel tot uiting in het niveau waarop de werkzaamheden worden verricht en meer specifiek in de volgende aspecten: het initiëren en regisseren van het zorgproces in brede zin, ook waar deze brancheoverstijgend is en het initiëren en ontwikkelen van activiteiten op het gebied van kwaliteitszorg (zoals het ontwikkelen van kwaliteitsstandaarden). Ik denk dat  dit wetsvoorstel heel erg goed is voor de kwaliteit van zorg, zeker omdat de gezondheidszorg in Nederland steeds complexer wordt. Door dit wetsvoorstel worden verpleegkundigen verplicht om aan deskundigheidsbevorderende activiteiten deel te nemen. Hierdoor kunnen zij deze opgedane kennis toepassen in de praktijk en hiermee de kwaliteit van zorg verbeteren. Als verpleegkundige moet je daar genoeg competent voor zijn. Om die reden vind ik de functiedifferentiatie heel erg goed om de kwaliteit van zorg te behouden. 

 

Mijn overtuigende visie is een leidraad voor deze website. Ik heb het eindproduct op 18 juni 2019 gepresenteerd in de klas.